Zittend in de schaduw onder de mooie grote platanen van het binnenplein, zou je je de laatste weken zomaar in Frankrijk wanen. De overvloedig zonnige dagen, het uitzicht op al het groen en de temperaturen zetten je op het verkeerde been. Alléén het klikken van jeu de boules ballen en mannetjes met geruite overhemden en een alpinopet op, moet je er zélf even bij denken, maar dan heb je ook wat. En dat zonder dat je urenlang in een hete auto hoeft te zitten of in een lange wachtrij op Schiphol hoeft te staan.
Wat boffen we toch, deze zomer! Natuurlijk kleeft er ook een nadeel aan dat mooie weer. Je hoeft het Journaal maar te volgen over de klimaatcrises en de extreme droogte overal en je zou er verdrietig van worden. Geluk bij een ongeluk is, dat we voor het besproeien van de Vredestuin niet afhankelijk zijn van kraanwater, maar d.m.v. pompjes in de vijver de tuin van water kunnen voorzien. Met dit soort temperaturen betekent dat alle hens aan dek voor de tuinploeg. Je kunt dan beter af en toe veel water geven dan steeds een klein beetje. Sommige planten en bomen zijn door de combinatie van harde wind en de hoge temperaturen al vervroegd in de herfstmodes gekomen en hebben bruin blad of laten hun bladeren vallen. Andere planten staan nu volop te bloeien en maken dat in de nazomer de tuin nog veel kleur heeft. Een voorbeeld hiervan is het mooie rood/bruine Helenium, oftewel Zonnekruid. Van die naam alleen al word je blij, toch? Hetzelfde geldt voor de enorme wolken van zoemende bijen bij de bloesem van de bijenboom, achter het bankje bij de containeropstelplaats. Van de vele soorten vlinders was de ontdekking van de kolibrivlinder op z’n naamgenoot, de Agastache Kolibri (de zalmroze Dropplant), toch ook wel heel bijzonder.
Tijdens de Open Tuinen Weekenden van juli en augustus kwamen, dankzij het mooie weer, veel bezoekers op de fiets.
Zelfs vanuit Westzaan, Wognum en Warmenhuizen koos men voor hun tweewieler. We ontmoetten weer allemaal lieve en enthousiaste mensen. Zo ook een opa (uit Hoofddorp) die op bezoek was bij z’n kinderen en kleindochter (in wandelwagentje) en al vaak de tuin bezocht had, maar nu zag dat de kerk ook open was en graag de kerk van binnen wilde zien. “Ik heb mijn kinderen van jongs af aan meegegeven dat zij af en toe eens een kerk (of moskee) binnen moeten lopen en een dienst bijwonen om te ervaren dat het nog een van de weinige plaatsen in deze hectische wereld is (behalve in de natuur), waar je echte rust en stilte kunt ervaren”. Hij vertelde altijd schilder te zijn geweest in Amsterdam en toen veel in kerken kwam voor het onderhoud en daardoor ook vaak glas in lood te hebben gerestaureerd. Er was dan ook veel belangstelling voor het glas-in-loodraam uit de Trefpuntkerk achter in de kerk. Met een grote glimlach vertelde hij dat hij aan z’n kleindochter kon zien en merken dat ze het mooi vond in de kerk. Het is zo fijn om ook dit soort gesprekken te mogen ervaren op de Open Tuinen dagen.
De vorige keer schreef ik over de grote bonte spechten die regelmatig aan de pindasilo’s hangen, maar er zijn inmiddels nieuwe kapers op de kust: sinds kort hebben de halsbandparkieten de tuin ook ontdekt en hangen die groene ‘lawaaipapegaaien’ ook aan de pinda’s. Boefjes zijn het en inderdaad maken ze veel herrie, maar met die rode snavels en prachtige groene veren ben ik stiekem toch een beetje verliefd op deze mooie vogels. Regelmatig vinden we hun veren, onder de platanen op het binnenplein.
Helaas zijn er dit jaar verder géén donaties meer binnen gekomen voor de tuin, dus zullen we het moeten doen met het budget dat we nog hebben. We hebben nog een klein beetje ‘in de pot’, dus we moeten even kijken of er genoeg is om in september/oktober weer voorjaarsbollen te kopen. We kopen eigenlijk altijd (biologische) bollen die kunnen verwilderen, maar na een paar jaar zijn die wel aan vervanging toe.
Het is niet anders, we zijn blij met alle kleine beetjes die ertoe bijdragen dat de tuin kan blijven groeien en bloeien!
Ditta Voetberg